Excellentie ontdekt zelfbediening: ‘Waar zit de olie?’

Ik dacht serieus dat ik hallucinaties had. Sta ik bij het pompstation, zie ik daar ineens een ex-minister stuntelen bij de pomp alsof hij net geland is uit een ander sterrenstelsel. De man — ooit met zwaailichten en bodyguards — stond daar met open motorkap en een gezicht alsof hij een bom onschadelijk moest maken.

Vijf jaar lang werd hij gereden, gevuld, gepoetst en gepamperd. Olie? Dat was voor hem iets wat in een salade zat. Pompstation? Dat was een plek waar zijn chauffeur naartoe ging terwijl hij zelf in de airco op zijn telefoon TikToks bekeek. En nu? Daar stond hij. In z’n eentje. Zweet op het voorhoofd. Dopje kwijt. Handleiding aan het googelen.

En ik… ik schoot onbedoeld in de lach. Niet omdat ik leedvermaak had (oké, misschien een beetje), maar omdat het zo absurd was: van privilege naar pomp, van beleidsnota’s naar olievlekken op je hand. De pompbediende moest hem zelfs uitleggen dat olie niet via de uitlaat gaat.

Tja, meneer de ex-minister is weer gewoon burger. Welkom terug in de realiteit, excellentie. Vergeet niet: na olie komt de ruitenwisservloeistof!