“Evaluatie verkiezingen; planning richting 2030 noodzakelijk”

door

Minister Delano Landvreugd van Binnenlandse Zaken (Biza) zegt in gesprek met Suriname suriname dat Suriname tijdens de recente verkiezingen positieve beoordelingen heeft ontvangen van internationale waarnemers. “We hebben als land goede en rijke complimenten gekregen. Dat toont aan dat we opnieuw een degelijke prestatie hebben geleverd”, aldus de bewindsman.
Tegelijkertijd erkent Landvreugd dat er fouten zijn gemaakt in de organisatie van de verkiezingen. “Die moeten we onder ogen zien. Daarom is het belangrijk om nu al een grondige evaluatie op te starten, zodat we met de nieuwe regering kunnen beginnen aan de planning richting 2030.”
Volgens de minister is een groot deel van de problemen te herleiden tot het Centraal Bureau voor Burgerzaken (CBB). “Het verstrekken van oproepingskaarten kwam in het gedrang omdat veel burgers hun verhuizing niet op tijd hadden doorgegeven. De bevolkingsadministratie vormt de basis voor een goed georganiseerde verkiezing. En juist daar schortte het aan.”
Landvreugd stelt dat het CBB al jaren onvoldoende begeleiding krijgt. “Ze worden vaak stiefmoederlijk behandeld, zonder de juiste ondersteuning. Dat moet veranderen,” benadrukt hij. “We bevinden ons nu in de postelectorale fase, maar de voorbereiding op de volgende verkiezingen begint eigenlijk al. Het CBB moet nu de juiste middelen en instrumenten krijgen om zijn werk op professionele wijze te kunnen uitvoeren.”
De minister noemt als prioriteit het afronden van verschillende Bureaus voor Burgerzaken die al meer dan vijftien jaar onafgewerkt zijn gebleven. “Daarmee is een belangrijke eerste stap gezet voor een betere huisvesting van medewerkers. Vervolgens moeten ze ook worden voorzien van de nodige apparatuur en technologie. Alleen dan kunnen we de burgeradministratie structureel verbeteren.”
Landvreugd zal niet aanblijven als minister. Voor die functie is Marinus Bee voorgedragen. “Ik ben niet in deze functie gestapt voor eigen gewin, maar om het land te dienen. Ik heb mijn privépraktijk verlaten om dat te doen. Als ik opnieuw gevraagd word, ben ik bereid om de functie weer te vervullen.”