Eerste Surinaamse Diaspora Business Summit overtreft verwachtingen

door

De eerste Surinaamse Diaspora Business Summit heeft een overweldigende indruk achtergelaten. Drie dagen lang kwamen ondernemers, beleidsmakers en investeerders samen om te praten over de toekomst van Suriname. De conclusie: de tijd van discussiëren is voorbij, het is tijd voor actie.Tijdens de afsluiting afgelopen zaterdag in de Prince Ballroom sprak Marciano Armaketo, directeur van het Diaspora Instituut Suriname (DIS), vol enthousiasme over de uitkomsten.
“De deelnemers waren enorm gemotiveerd en benadrukten hoeveel ze van Suriname houden. We hebben gezien dat consultancy groepen en deelnemers openstaan voor samenwerking en kennisdeling. Dit evenement heeft bewezen dat er niet alleen passie is voor Suriname, maar ook een sterke wil om het land vooruit te helpen.”
Volgens Armaketo heeft de summit een fundament gelegd voor verdere initiatieven, met kansen op het gebied van investeringen en economische ontwikkeling. Hij verzekerde dat er een vervolg komt om deze plannen verder vorm te geven.
De summit was een samenwerking tussen het DIS en het Directoraat International Business (DIB), beide werkarmen van het ministerie van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (BIBIS). DIB-directeur Henna Soerdjoesing benadrukte dat er een strategisch plan opgesteld moet worden om de aanwezige expertise optimaal te benutten.
“We hebben toppers uit de business- en beleidswereld bijeengebracht. De volgende stap is een interne evaluatie, waarna we contact zullen opnemen met de panelleden om concrete acties te formuleren,” aldus Soerdjoesing.
Focus op investering en educatieEen van de belangrijkste thema’s voor de toekomst is het opzetten van een investeringsplatform en het versterken van onderwijs. Volgens Soerdjoesing heeft het bedrijfsleven een dringende behoefte aan geschoold personeel.
Er wordt gedacht aan e-learning en digitale technologieën, zodat kennis en vaardigheden beter kunnen worden overgedragen. “Educatie gebeurt niet alleen in de schoolbanken, maar ook via gerichte trainingen,” lichtte zij toe.
Daarnaast wordt een speciaal fonds opgezet om investeringen te monitoren. Dit fonds zal bestaan uit vertegenwoordigers uit de energiesector, de bankwereld en verschillende ministeries, waaronder Openbare Werken (OW), Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) en Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (minOWC). Deze samenwerking moet ervoor zorgen dat investeringen doelgericht en effectief worden ingezet.