De trust als nieuwe rechtsfiguur

1. InleidingIn SJB 2024 no. 3 heeft mevrouw Vére Baumgard een artikel gewijd aan de trust. In de onderstaande beschouwing wordt een samenvatting gegeven met enig commentaar. Het bijzondere van de trust is dat deze uit het Anglo-Amerikaanse recht stamt en min of meer als een vreemde eend in de bijt gezien kan worden in ons “civil law” system.Anders dan civil law, is common law primair gebaseerd op de jurisprudentie (rechtersrecht), terwijl de geschreven wetten een minder belangrijke rol vervullen. In Suriname en de voormalige overzeese delen van het Koninkrijk der Nederlanden geldt het civil law stelsel. De meeste landen van het Caribisch gebied behoren tot de common law traditie.2. De trust (algemeen)Deze is geregeld in Titel 6 van Boek 3 Vermogens Recht van het Nieuw Burgerlijk Wetboek (NBW). Uit mediaberichten blijkt dat ernaar gestreefd wordt het NBW op 1 januari 2025 in werking te doen treden. De vraag is of de Surinaamse rechtsgemeenschap wel voldoende voorbereid is hierop. De verschillen tussen het oude en het NBW zijn van dien aard dat het voor een doorsnee jurist die niet eerder gewerkt heeft met het NBW, maanden of zelfs jaren studie kan vergen om zich geheel thuis te voelen in de nieuwe materie.

In het NBW wordt de rechtsfiguur trust geïntroduceerd. Deze is een rechtsfiguur die qua aard en inrichting niet vergelijkbaar is met de in ons rechtsstelsel bekende rechtsfiguren. Wat de betekenis zal zijn voor het afgescheiden beheer van vermogen na de introductie van de trust in Suriname, moet afgewacht worden.Opgemerkt wordt dat de trust geen deel uitmaakt van het Nederlandse B.W., maar overgenomen is uit het recht van de voormalige Nederlandse Antillen. Deze eilanden hebben vele zakelijke contacten met de omliggende common law landen en daarom is ook de trustfiguur bij hen goed bekend.3a. De trust (bijzonder)Het NBW behandelt slechts de trust die d.m.v. een rechtshandeling in het leven wordt geroepen. In de literatuur wordt de trust omschreven als een rechtsfiguur waarbij drie partijen betrokken zijn, te weten:- de insteller van de trust (de settlor)- de beheerder (de trustee) en- de beneficiary (de begunstigde).De insteller van de trust draagt de goederen aan de trustee over met het oogmerk deze onder trustverband te plaatsen zodat de trustee de goederen t.b.v. de beneficiary moet gaan beheren.De instelling van de trust geschiedt bij notariële akte, een testament bij notariële akte daaronder begrepen.3b. Vereisten voor het instellenVolgens artikel 3:130 lid 3 NBW moet een trustakte het volgende bevatten:a. de aanwijzing van een begunstigde of een bepaald doel;b. de benoeming van tenminste één binnen Suriname wonende of gevestigde trustee en de aanvaarding van die benoeming;c. een voorziening ter verzekering dat een binnen Suriname wonende of gevestigde trustee niet komt te ontbreken;d. de omschrijving van het trustvermogen.3c. Het trustvermogenVoor het ontstaan van een trustvermogen moet er een vermogen of doel zijn. De goederen – ook wel het trustvermogen genoemd – staan wel op naam van de trustee, maar vormen een afgescheiden vermogen. (Onder afgescheiden vermogen wordt in het recht verstaan het vermogen van een gemeenschap zelf. Het afgescheiden vermogen is afgescheiden van het privévermogen van de deelgenoten).

In de wet worden de gevolgen van het afgescheiden vermogen verder geregeld, maar het belangrijkste is dat dit vermogen zich niet mengt met het vermogen van de trustee. Laatstgenoemde mag enkel over het trustvermogen beschikken in overeenstemming met de bepalingen van de trustakte. Handelt de trustee in strijd hiermee dan kan hij hiervoor persoonlijk aansprakelijk gesteld worden. Het is van belang dat het trustvermogen duidelijk wordt omschreven in de trustakte om te voorkomen dat er vermenging ontstaat tussen het privévermogen en het trustvermogen.4. Commentaar (CJ)Aangezien wij in ons land geen ervaring hebben met de trust kan niet voorspeld worden voor welke constructies deze het best gebruikt kan worden. Als oud-notaris denk ik in de eerste plaats aan regelingen met betrekking tot de nalatenschap van een erflater, zgn. estateplanning.Maar vermogens kunnen bijvoorbeeld ook afgescheiden worden voor charitatieve doeleinden. Wat dit laatste betreft zou de trust een alternatief kunnen zijn voor de stichting.
Het voordeel van de stichting is echter dat het een rechtspersoon is en de trust niet. Wij zouden in ieder geval gebruik kunnen maken van de expertise die reeds is opgebouwd op Curaçao.

Carlo Jadnanansing