Column: Mevrouw de president

Hans Breeveld

Vandaag, woensdag 16 juli 2025, verwelkomt Suriname zijn eerste vrouwelijke president. In alle toonaarden is de verkiezing van drs. Jennifer Geerlings-Simons in dit hoge ambt bezongen. Velen zien dit als een bevestiging van gendergelijkheid. Dat wat als ‘gelijkheid’ wordt geafficheerd, komt vaak slechts tot stand als gevolg van een ongelijke inspanning van vrouwelijke werknemers ten opzichte van hun mannelijke collega’s. Als directeur van de Democracy Unit van onze universiteit mocht ik getuige zijn van Simons’ frequente bovengemiddelde prestaties.Simons, die rond de millenniumwisseling arts was bij de Dermatologische Dienst, lid van De Nationale Assemblee en fractievoorzitter van de Nationale Democratische Partij (NDP), was in die tijd een van de trouwste deelnemers aan de activiteiten van de Democracy Unit. Zelden was ze afwezig; en mocht dat het geval zijn, dan kregen wij steeds bericht van verhindering. De ‘Train the Trainers’-cursussen, bedoeld om onder andere leerkrachten, journalisten en trainers binnen politieke partijen op te leiden, hadden ook haar belangstelling. Het verbaasde ons dan ook niet dat de NDP-deelnemers de meest trouwe bezoekers van deze trainingen waren.Maar Jenny Simons wilde zoveel mogelijk zelf worden ingevoerd in de theorie van de politiek. Daartoe vroeg zij vaker om gesprekken om diepgaand politicologische en/of staatsrechtelijke thema’s te bespreken. Voor deze besprekingen trok ik aanvankelijk de laatste anderhalf uur van mijn werkdag uit, zodat ik om 15.00 uur naar huis kon rijden. Maar ik mocht blij zijn als ik de universiteit om 16.30 uur of nog later kon verlaten. Met al de verantwoordelijke functies die zij reeds vervulde, vroeg ik mij vaak af: “Waar haalt deze vrouw toch al die tijd en energie vandaan?” Maar het was een kwestie van management en motivatie om de politiek waarvoor zij gekozen had, zo goed mogelijk te implementeren – gekoppeld aan een ongekende liefde voor Suriname. Hoeveel mannen of vrouwen die de politiek ingaan, tonen dit engagement? Maar voor mij was (en is) Jenny Simons een politicus die permanente educatie personifieert.Het is algemeen bekend dat ze in De Nationale Assemblee en op meerdere fora in binnen- en buitenland die zij bezocht, steeds weer van zich deed spreken. Het was voor mij dan ook geen verrassing dat, toen er bij de verkiezingen van 2010 geruchten de ronde deden dat Jenny Simons niet op een verkiesbare plaats op de lijst van haar partij zou staan, vrouwen en mannen zich hebben gemobiliseerd om haar met voorkeurstemmen wederom in De Nationale Assemblee te brengen.Voorkeurstemmen werden toen echt gebruikt waarvoor ze onder andere bedoeld zijn: het aanbrengen van correcties door het electoraat op lijsten die zijn samengesteld door partijcoryfeeën. Met de 11.162 stemmen die Simons bij die verkiezing behaalde, had zij voldoende stemmen om op eigen kracht tot De Nationale Assemblee toe te treden.Is Jenny Simons een vrouw zonder politieke fouten? Neen! Maar toen men de overspelige vrouw naar Jezus bracht om te vragen welke straf zij verdiende, zei Jezus: “Wie zonder zonde is, werpe de eerste steen.” En ze liepen één voor één weg.Toen de president-elect samen met haar vicepresident-elect, dr. Gregory Rusland, klaar was met de samenstelling van hun regeerteam, verbleekte de euforie bij delen van het volk, maar vooral bij commentatoren. Maar staatsrechtelijk is er toch wat veranderd in onze Grondwet sinds 1987. Sindsdien berust de uitvoerende macht niet meer bij de regering, maar bij de president. De president heeft hierdoor de nadrukkelijke taak om de leden van het kabinet aan te sturen tot bijzondere prestaties. Simons en Rusland zijn daartoe in staat.Terwijl ik al de kritiek aanhoorde over personen die mogelijk het nieuwe kabinet zouden gaan bemensen, dreven mijn gedachten naar twee gebieden die men niet direct met politiek in verband zou brengen: muziek en sport.Wat de muziek betreft, dacht ik aan iemand die wij in Suriname ooit als magistraal dirigent hebben beleefd: de in Ethiopië geboren, maar sinds 1992 in Nederland wonende Amare Bilate. Ik denk dat hij drie keer Suriname heeft bezocht. Hij studeerde muziek in Rusland, waar hij cum laude slaagde als klassiek dirigent voor koor en orkest. In 2001 kwam hij met het koor Excelsis naar Suriname. Bilate maakte naam vanwege de wijze waarop hij dirigeerde. Niet alleen met zijn handen. Geen deel van zijn lichaam werd ontzien om alles wat muzikaal in de leden van het koor zat eruit te halen.Maar waarom ik Bilate nu aanhaal, is vanwege hetgeen hij bij zijn bezoek in juli 2004 in Suriname muzikaal neerzette. Hij vormde een Mass Choir bestaande uit 70 personen uit bekende Surinaamse koren, waarbij ook dirigenten meezongen. Adembenemend waren de liederen die op die avond schalden in de Mama Kerki (Grote Stadskerk). Waren het onze eigen mensen die liederen als ‘Amazing Grace’ en ‘How Great Thou Art’ op deze fantastische wijze zongen? Wij konden het niet geloven, maar het maakte ons ongekend trots. Wij leerden toen die belangrijke les: de leden van het koor zijn belangrijke pionnen, maar het is de dirigent die de maat bepaalt waarop die stemmen zullen klinken op een concert.Maar als wij de sport als voorbeeld willen nemen, dan ga ik terug naar de Wereldkampioenschappen van 2002. In de aanloop naar deze spelen zien wij de coach van Brazilië, Luiz Felipe Scolari – bekend als Felipão – worstelen met het samenstellen van ‘A Seleção’, het Braziliaanse elftal. …