Column: Het feestje van de bontgekleurde democratie

Irene Klinger, de Chileense chef van de OAS-waarnemerscommissie. (Foto’s: Diederik Samwel)

Vriendelijk glimlachend verlaat Irene Klinger, de Chileense chef van de OAS-waarnemerscommissie, het terrein van de O.S. Tammenga, waar ze zojuist de stembureaus heeft bezocht. Op naar de volgende bestemming. Ze wordt vanzelf vrolijk van al die mensen die vandaag bij elkaar komen om hun stemrecht te verzilveren en daar een feestje van maken. Animositeit, polarisatie? Daar heeft ze tot dusver niets van gemerkt. Kijk alleen al hoe verderop zo’n vijftien in het geel, groen, oranje en paars uitgedoste propagandisten gezamenlijk aan het zingen, dansen en trommelen zijn. “That’s amazing, isn’t it? They celebrate the democracy.”Nadat ze een babbeltje heeft gemaakt met een man met een gekooide pikolet en erachter is gekomen dat je in Suriname een hoop geld kunt verdienen met zo’n vogeltje, neemt ze zich voor om over niet al te lange tijd terug te komen naar dit land. Niet om waar te nemen, maar om te genieten van “this fascinating country.”Terwijl mevrouw Irene naar haar auto met chauffeur wandelt, bedenk ik dat ik haar fascinatie al jaren deel. Logisch: eigenlijk ben ik ook een soort waarnemer. Bij voorkeur vanaf de fiets, zo tegen het vallen van de avond. Ditmaal maak ik een rondje om de sluiting van de stembureaus op Rainville, Maretraite en Tourtonne mee te maken.Het licht is perfect op deze namiddag; de erven en trenzen tekenen zich scherp af, de gevels spiegelen zich in de oranje-gele zon, het wolkendek vertoont een paarse gloed. Alsof de stad zich opmaakt voor een feestje. Het feestje van de democratie; er is niets mis met het waarnemingsvermogen van mevrouw Irene.De grote partijen weten nog niet van wijken bij de stembureaus. Er wordt gezongen, gelachen, gegeten en gedronken. Ook dat biedt een fraai palet aan kleuren: vlaggen, banners, truitjes, petjes en zelfs auto’s. En het mooie is: de kleuren bruin en zwart ontbreken. Daar kunnen ze in Europa nog een voorbeeld aan nemen, met de sombere tinten van al die extreme populisten en nationalisten.Nog een half uurtje, dan gaan de propagandisten naar huis om te baden en misschien even te rusten. Later op de avond zijn ze weer present op het partijcentrum, om de overwinning te vieren of troost te zoeken, mocht de uitslag tegenvallen.Het tellen van de stemmen is in de verste verte nog niet afgerond, of de handlangers van de partijtoppers zijn koortsachtig aan het bellen geslagen. Zo komt de grootste verliezer razendsnel buitenspel te staan – voorgoed, zo lijkt het. Die tweederdemeerderheid zit in de tas, want het volk heeft gesproken, al heeft een flink deel van het volk tegelijkertijd gezwegen.Wie weet is er het een en ander veranderd wanneer mevrouw Irene de volgende keer het land bezoekt. Ze zal de sfeer, de mensen en de warmte nog net zo fascinerend vinden. Al heeft ze, goed beschouwd, helemaal niets te vinden: ze neemt slechts waar.En wat deze waarnemer ervan vindt? A bun, ik ben geen politicus, opiniemaker (stel je voor, zeg), historicus, socioloog, en ook geen kerkelijk leider – en trouwens niet eens religieus. Ik kan hooguit opschrijven dat de nieuwe regering er goed aan zou doen om het bonte kleurenpalet intact te laten. In het belang van “this fascinating country.”Diederik Samwel