Brunings druk bezig met inrichting ministerie Olie, Gas en Milieu

Minister Patrick Brunings van Olie, Gas en Milieu is volop bezig met de inrichting van zijn nieuwe ministerie. Door de overname van het directoraat Milieu is het departement inmiddels voor de helft gevormd. Het proces om de overige onderdelen toe te voegen is al enige tijd in gang gezet.
Voorafgaand aan de wekelijkse vergadering van de Raad van Ministers gaf Brunings aan dat er momenteel intensief overleg plaatsvindt met deskundigen en betrokken actoren om het onderdeel ‘olie en gas’ inhoudelijk goed vorm te geven. Volgens de minister zijn duidelijke doelstellingen essentieel om de geplande ‘first oil’ in 2028 te kunnen realiseren.
Brunings benadrukte dat de positionering van zijn ministerie zal afwijken van andere departementen. “Dit ministerie zal niet alles zelf uitvoeren, maar fungeert als katalysator om bepaalde processen te versnellen,” aldus Brunings, die zelf oliedeskundige is.
Zodra de structuur is uitgewerkt, zullen ook de functieprofielen voor posities binnen het ministerie worden bekendgemaakt. De minister streeft naar een compacte en efficiënte organisatie: “lean, mean and clean”, zoals hij het omschreef.
Hoewel er volgens Brunings al een duidelijke visie bestaat over hoe het ministerie moet worden opgezet, is er formeel nog geen volledig uitgewerkt plan. Daarbij zal ook de visie van Staatsolie worden meegenomen in het vormgevingsproces.
De minister noemde 2025 een belangrijk jaar voor Suriname. In de komende periode zullen naar verwachting vijf tot zeven exploratieputten worden geboord, die hij aanduidt als “play openers”. Indien deze boringen succesvol zijn, kan dit volgens Brunings grote voordelen opleveren voor het land.
Naast olie en gas richt het ministerie zich ook op het milieubeleid. Brunings gaf aan zich de komende maanden actief in te zetten om via zogeheten carbon credits financieel voordeel binnen te halen voor Suriname.