Bouw nieuwe DNA-vergaderzaal tijdelijk stilgelegd

door

De bouw van de nieuwe vergaderzaal van De Nationale Assemblee (DNA), is voor een maand opgeschort. Dit besluit is genomen nadat in de media berichten waren verschenen, dat Paramaribo van de UNESCO-Werelderfgoedlijst zou kunnen worden verwijderd, als het project wordt doorgezet.
Minister Stephen Tsang van Openbare Werken en Ruimtelijke Ordening zei, dat hij eerder vragen heeft gesteld over de mogelijke gevolgen voor de UNESCO-status, maar telkens te horen kreeg, dat er “geen enkel probleem” was. “Dat bleek wederom misleiding”, aldus Tsang. Bovendien ontving hij als commissielid voor de nieuwbouw, geen informatie over de aanbesteding of de bouw.
In de afgelopen periode voerde Tsang gesprekken met de architect van de vergaderzaal en vertegenwoordigers van de UNESCO. Hij wil eerst duidelijkheid hebben over de positie van Suriname op de Werelderfgoedlijst, voordat vervolgstappen worden gezet binnen de regering en DNA. De minister ging ook in op de vertraging bij het herstel van de Van ‘t Hogerhuysstraat en de aansluiting op de Saramaccabrug. ‘’De werkzaamheden werden vertraagd door een gerechtelijke uitspraak en de afhankelijkheid van de Wegenautoriteit’’, aldus de minister.
Om de situatie te verlichten, maakte het ministerie gebruik van een bestaand contract met de aannemer Baitali voor de levering van asfalt. Met inzet van eigen personeel en machines, werden de grootste gaten in de weg gedicht. “Het is wel een doekje voor het bloeden”, aldus Tsang, die vertelde dat het asfalt eigenlijk voor andere projecten bedoeld was.
Het wegproject Van ’t Hogerhuysstraat is verstrikt geraakt in een juridisch conflict. De Inter-American Development Bank (IDB) stopte de eerste aanbesteding, omdat informatie vermoedelijk door het ministerie, was gelekt. Bij de tweede aanbesteding won Kuldipsingh N.V., maar Baitali vocht dit aan en won in kort geding.
Het vonnis schrijft voor dat de gunningsbrief moet worden ingetrokken en de aanbesteding van Baitali moet worden herbeoordeeld. Daarbij werd een dwangsom opgelegd van SRD 5.000 per dag, met een maximum van SRD 10 miljoen, als de staat het vonnis niet uitvoert. Hoewel de staat aanvankelijk in hoger beroep ging, werd dit later ingetrokken uit respect voor de rechtelijke macht.
Echter, het uitvoeren van het vonnis zou betekenen, dat de financiering van het pro-ject door de IDB zou komen te vervallen. “Dat kan ik niet toestaan”, aldus Tsang, die vertelde hierover schriftelijke bevestiging te hebben ontvangen van de IDB.
Hij sprak afzonderlijk met zowel de IDB, als Baitali om een oplossing te vinden. De IDB, stelde zich volgens hem coöperatief op, maar is gebonden aan eigen aanbestedingsregels. Baitali hield vast aan het uitvoeren van het vonnis, wat volgens de minister, haar goed recht is.
Baitali stemde wel in met het tekenen van een bestaand contract, voor de levering van 1.600 ton asfalt, waarvan een deel werd gebruikt voor het herstel van de Van ’t Hogerhuysstraat.
Tsang benadrukte dat er meerdere scenario’s worden uitgewerkt, waarbij gekeken wordt naar de optie, die het land de minste schade oplevert en rekening houdt met zowel de rechtsstaat, als het maatschappelijk belang. “De enige verliezer in deze zaak is de samenleving”, aldus Tsang. Ook kondigde hij aan, dat procedures geëvalueerd zullen worden, omdat er “onvoldoende veiligheidskleppen en transparantie” binnen het overheidsproces zijn.
The post Bouw nieuwe DNA-vergaderzaal tijdelijk stilgelegd ..