Bom onder cadeau Santokhi

door

SURINAMERS DIE ZICH massaal verheugden op het cadeautje van 750 US dollar in het kader van Royalties Voor Iedereen (RVI), waarmee voormalig president Chandrikapersad Santokhi het volk een voorschot wilde geven uit de toekomstige olierijkdommen, komen waarschijnlijk bedrogen uit. Terwijl al tienduizenden rechthebbenden zich reeds hebben geregistreerd om daarvoor in aanmerking te komen, trekt de nieuwe regering de haalbaarheid van de regeling serieus in twijfel.

Minister Adelien Wijnerman van Financiën & Planning zei woensdag dat het goed geëvalueerd gaat worden en voor nu on hold wordt gezet. De regering wil eerst een goede review houden om te bepalen of de RVI moet worden voortgezet of misschien op een andere, efficiënte manier moet worden uitgevoerd.

Deskundigen hebben doorlopend gesteld dat het zeer onverantwoord is dat de overheid geld uitgeeft dat op zijn vroegst pas in 2028 beschikbaar komt – en waarschijnlijk nog later

Het mag geen echte verrassing zijn dat er een bom onder het douceurtje van het voormalige staatshoofd wordt gelegd. Het was vooral bedoeld als zoethoudertje voor de verkiezingen, een soort pleister op de wonde voor de pijn die heel veel mensen hadden geleden in de vijf jaar dat Santokhi aan de macht was. Hij dacht daarmee een sterke troef in handen te hebben en de verkiezingen te winnen, maar het pakte allemaal anders uit.

Deskundigen hebben doorlopend gesteld dat het zeer onverantwoord is dat de overheid geld voor de RVI uitgeeft dat op zijn vroegst pas in 2028 beschikbaar komt – en waarschijnlijk nog later. Zelfs de Staatsraad plaatste juridische kanttekeningen bij de RVI, wees op de afwezigheid van wettelijke grondslagen en vroeg zich daarnaast af wat de impact zou zijn op de begroting.

Het adviesorgaan benadrukte dat toekenning van staatsmiddelen aan burgers alleen via wetgeving mag gebeuren. Het ontbreken van die wettelijke basis maakt uitbetalingen onrechtmatig en in strijd met de Comptabiliteitswet. Dat druist in tegen de bestaande regels en is in strijd met waar ‘goed bestuur’ voor staat. Maar Santokhi sloeg alle adviezen en aanbevelingen in de wind en drukte de RVI door.

Er komen welgeteld 572.186 staatsburgers met de Surinaamse nationaliteit, die vóór 1 januari van dit jaar zijn geboren en geregistreerd staan bij het Centraal Bureau voor Burgerzaken (CBB), in aanmerking voor de RVI. Dat betekent dat uiteindelijk 429.139.500 US dollar opgehoest moet worden. En daar is de jaarlijkse rente nog niet eens bij opgeteld.

Het vormt nu echter een (te) zware belasting op de begroting voor de komende jaren, waar het toenmalige staatshoofd zijn opvolger mee heeft opgezadeld. Het is derhalve niet zo vreemd dat de regering daar een stokje voor wil steken. Dat heeft dus deze keer niets te maken met rancune, zoals veel acties van de regering dat wel lijken te zijn.

De nieuwe regering kampt immers met vele onbetaalde schulden en leningen van de vorige regering én van de vroegere NDP-regering. Als de RVI wordt geschrapt, zullen de huidige regeerders wel heel erg hun best moeten doen om aan de bevolking uit te leggen waarom zij het door Santokhi beloofde cadeautje niet gaan krijgen. En wat eventueel het alternatief zal zijn.