Bewuste ‘vergiftiging’ inheemsen

EEN RELATIEF KLEIN land, geringe bevolkingsdichtheid, veel diversiteit en veel natuurlijke rijkdommen. Het kan niet zo moeilijk zijn zo een land te besturen, denken mensen vaak. Maar wat aan de oppervlakte heel mooi en harmonieus lijkt, is in de werkelijkheid de opvoering aan de voorkant. Want aan de achterkant is een gewapend conflict een reëel gevaar.

Grassalco is een staatsmijnbouwbedrijf; de staat is de enige aandeelhouder. Zoals veel staatsbedrijven is het de politiek die bepaalt wat er gebeurt. Elke regering heeft er iemand benoemd met de intentie dat die vijf jaar het roer mag overnemen en niet zelden is de attitude: ‘na mij de zondvloed’.

Wat op mesoniveau maar geen aandacht krijgt, kan daarom juist wel op macroniveau een storm oproepen.

Wie de huidige directeur Wesley Rozenhout hoort praten over zijn overname in 2020 komt ook tot de conclusie dat zijn voorganger hem een bedrijf heeft overhandigd dat bijna al was overmeesterd door de zondvloed. Wie slim is, ziet niet alleen bedreigingen, maar ook kansen in zo een situatie. En het bedrijf heeft de mogelijkheden kennelijk naar beste inzichten benut.

Maar één van de uitdagingen met een bedrijf als Grassalco is dat de operatie in Paramaribo wordt gerund, maar dat het werkterrein in het binnenland zit en wel zodanig dat er geen dagelijks bezoek is. Het werd pas voor een groter publiek duidelijk dat er iets daar aan de hand was bij de inheemse opstand op 2 mei 2023.

Er is veel moeite gedaan om te omzeilen wat het motief van de geweldsuitbarsting was, maar kennelijk had of heeft de voormalige vicepresident een dikke vinger in de bedrijfsvoering en dan specifiek de goudproductie. Hij had de inheemsen van Pikin Saron beloofd dat zij konden werken in het gebied. Maar toen er – naar verluidt – een goudader werd ontdekt, mochten ze niet dichtbij komen.

Het complexe ligt erin dat de inheemsen wel al decennialang in het gebied wonen en op geen enkele manier meeprofiteren van de rijkdommen die er uit de grond worden gehaald. Integendeel, na de ontginning vertrekt iedereen en de vervuilde grond mogen de inheemsen dan terug.

Omdat het zo ver van Paramaribo plaatsvindt, lijkt het probleem te vervagen in de dagelijkse sleur van zaken. Precies daar loert het gevaar, want wat op mesoniveau maar geen aandacht krijgt, kan daarom juist wel op macroniveau een storm oproepen.

De inheemsen van Pikin Saron, van wie enkele werken in de goudconcessie van Grassalco te Maripaston, zijn het beu dat zij elke keer om één of andere reden worden verwijderd, terwijl degene die bij de directie kennelijk meer invloed uitoefenen wel mogen werken. Tegenwoordig zijn dat Chinezen, van wie wordt beweerd dat ze met chemicaliën werken. De inheemsen zijn bang te worden vergiftigd. Op vragen van de Ware Tijd had de Grassalco-directeur in de derde week van augustus ontkend dat er op de concessie met schadelijke chemicaliën wordt gewerkt.

Maar mocht het zo zijn dat deze chemicaliën werkelijk schadelijk zijn, dan zou de staat moeten beseffen dat door nalatigheid bewust inheemsen vergiftigd. Dit terwijl deze eerste bewoners van Suriname slechts vragen om hun rechtmatig aandeel. Geen enkel zichzelf respecterend land zou dit zo door moeten laten gaan.

President Jennifer Geerlings-Simons, die in deze de vertegenwoordiger is van de aandeelhouder, zou de operatie onmiddellijk stil moeten leggen en onderzoek moeten doen naar de aard van de gebruikte chemicaliën. De inheemsen verdienen dit niet.