Asabina: “Prestaties DNA en regering ondermaats”

Ronny Asabina, voorzitter van de partij Broederschap en Eenheid in de Politiek (BEP), vindt dat de prestaties van zowel De Nationale Assemblee (DNA) als de regering te wensen overlaten. Hoewel een aantal belangrijke wetten is aangenomen, is de algemene output van ‘s landsvergaderzaal volgens hem teleurstellend.
Asabina geeft aan dat het hem niet zou verbazen als de samenleving in een peiling ook een lage score toekent aan het functioneren van het parlement en de regering. Hij is van mening dat de huidige regering het volk in ernstige problemen heeft gebracht. De mogelijkheden die het parlement heeft, worden volgens de politicus onvoldoende benut.
In gesprek met TBN Prime Alert verklaarde de BEP-topman dat de regering verantwoordelijk is voor de toename van armoede en moreel verval in het land. Hij stelt dat Suriname is geëvolueerd van een crisis naar een situatie van constante stress, met problemen in vrijwel alle sectoren.
Volgens Asabina richt de regering zich te veel op macro-economische zaken, terwijl de voordelen hiervan niet voelbaar zijn voor de gewone burger. Hij benadrukt dat de datum van 25 mei 2025 cruciaal zal zijn, omdat de kiezer dan een beslissing zal nemen die bepalend is voor de toekomst van het land.
De BEP-voorzitter waarschuwt dat het vanaf januari kan lijken alsof het land in een schijnwelvaart verkeert, met plotselinge beschikbaarheid van grote geldbedragen. Hij vermoedt dat er zwart geld in de economie zal worden gepompt om de indruk te wekken dat de situatie verbetert. “Daarvoor moeten we waken,” zegt hij.
Verder stelt Asabina dat de interne spanningen binnen de regering schadelijk zijn geweest voor het volk, omdat er veel tijd verloren is gegaan aan ruzies in plaats van het aanpakken van belangrijke vraagstukken. De BEP, zo benadrukt hij, heeft een duidelijke ontwikkelingsvisie en zal problemen samen met het volk aanpakken.
Asabina zegt dat het afgelopen jaar voor hem een belangrijk leermoment was, waarin betrouwbaarheid centraal stond. Hij benadrukt dat politici het volk niet voor de gek mogen houden. Tot slot roept hij de bevolking op om de hoop niet te verliezen en te blijven werken aan de ontwikkeling van het land.