In Suriname is adoptie geregeld in de artikelen 1: 227 tot en met 1: 232 van Boek 1 van het Nieuw Surinaams Burgerlijk Wetboek (NSBW). Bij adoptie ontstaat een nieuwe familierechtelijke band tussen het kind en de adoptie ouder(s), terwijl de band met de oorspronkelijke ouder(s) wordt beëindigd.Een uitzondering is de stiefouderadoptie, waarbij de partner van een ouder het kind adopteert, maar de band met die ouder blijft bestaan. Nieuw is ook dat er adoptie door één ouder nu mogelijk is.Een verzoek tot adoptie wordt slechts toegewezen als aan de voorwaarden van artikel 228 NSBW wordt voldaan en de adoptie in het kennelijk belang van het kind is. Het kind moet op het moment van het verzoek minderjarig zijn. Is het kind twaalf jaar of ouder, dan moet het instemmen met de adoptie. Jongere kinderen worden gehoord als zij voldoende begrip hebben.Andere voorwaarden zijn dat de adoptant minstens zestien jaar ouder moet zijn dan het kind, geen grootouder mag zijn en dat er geen gegrond bezwaar is van de ouders.In Suriname is adoptie door twee ongehuwde personen uitgesloten. De reden is dat mogelijkerwijs die twee ongehuwden van hetzelfde geslacht zouden kunnen zijn. In de praktijk verhindert dit dat ongehuwde paren van hetzelfde geslacht samen een kind adopteren. Deze bepaling staat op gespannen voet met het non-discriminatiebeginsel uit internationale mensenrechtenverdragen.Het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind (IVRK), door Suriname geratificeerd, biedt een belangrijk toetsingskader voor adoptiewetgeving. Volgens artikel 3 IVRK dient bij alle maatregelen betreffende kinderen het belang van het kind de eerste overweging te zijn. In General Comment No. 14 (2013) wordt benadrukt dat dit belang een bindende richtlijn is bij besluitvorming. De nationale toets aan het “kennelijk belang” sluit hierbij aan.Artikel 7 IVRK waarborgt het recht van het kind om zijn ouders te kennen en door hen verzorgd te worden. Omdat adoptie deze band verbreekt, vereist het verdrag een zorgvuldige afweging van de omstandigheden. Artikel 8 IVRK verplicht staten om de identiteit van het kind, inclusief familiebanden, te respecteren. Het verbreken van een biologische band mag dus niet lichtvaardig gebeuren.In dat kader is ook relevant het Surinaamse herroepingsrecht van adoptie, geregeld in de artikelen 231 en 232 NSBW. Op verzoek van het geadopteerde kind kan de adoptie worden herroepen, waarna de oorspronkelijke familierechtelijke band herleeft. Dit sluit aan bij artikel 8 IVRK, omdat het kind de mogelijkheid krijgt zijn oorspronkelijke identiteit juridisch te herstellen. Herroeping biedt dus een essentiële waarborg wanneer adoptie niet langer in het belang van het kind blijkt te zijn.Artikel 12 IVRK bevestigt het recht van het kind om gehoord te worden in procedures die hem aangaan. De vereiste toestemming van kinderen vanaf twaalf jaar is hiermee in lijn. Wel ontbreekt een duidelijke regeling voor jongere kinderen met voldoende inzicht. In het licht van General Comment No. 12 (2009) verdient dit aandacht.Tot slot stelt artikel 21 IVRK dat adoptie alleen mag plaatsvinden onder toezicht van bevoegde autoriteiten en met waarborgen die het belang van het kind beschermen. Artikel 21 benadrukt dat het belang van het kind de allerhoogste prioriteit moet hebben (er wordt gesproken van een paramount consideration) bij adoptie. Dit betekent dat andere belangen –zoals die van adoptieouders, biologische ouders of instanties – nooit zwaarder mogen wegen dan het belang van het kind. De Surinaamse wetgeving voorziet daarin, maar kent geen verplichting tot nazorg of begeleiding na adoptie. Deze leemte is relevant, zeker vanuit het perspectief van voortdurende zorg zoals gevraagd in General Comment No. 14.Conclusie De Surinaamse adoptiewetgeving sluit grotendeels aan bij het IVRK. De toetsing aan het belang van het kind, het recht op kind-inspraak en het recht op identiteit zijn goed verankerd. Toch verdienen het gebrek aan nazorg, beperkte inspraak voor jonge kinderen, heroverweging om volledig in lijn te zijn met de kinderrechten standaarden.Met dank aan de studenten Master Surinaams Recht van de Faculteit der Juridische Wetenschappen: Priyanti Bhaggoe, Manisha Bhagwandien, Shyraisa Mohan.Namens het bestuur van Universiteitsinstituut Kinderrechten van de Faculteit der Juridische Wetenschappen.Mr. dr. M. Manohar
- BEP pleit in Nickerie voor burgerparticipatie en fiscale de…..
- Jongeren leren ondernemen met steun van SPWE en AW en J..
- Nieuwsuur onthult impact van mennonieten op regenwoud..
- Nurmohamed: ‘Nieuwe minister moet het werk continueren’..
- Politiebericht over onderzoek fraude met oproepingskaarten..
- Stichting Bondru doorbreekt stilte over stemadvies en is te…..
- KPS traint haast 1.500 burgers als ordehandhavers verkiezin…..
- Evaluatie Gezinswet moet leiden tot betere bescherming werk…..
- Salarbaks troeft Burleson af in tweede etappe sneldamtoerno…..
- Adoptie in het nieuw BW..
- Santokhi installeert commissie schoolbusvervoer..
- Minister Sewdien opent moderne landbouwstructuur: “Tijd voo…..
- Gregory Rusland over ‘De nieuwe weg’ van NPS..
- Raghoebarsing optimistisch over herstructurering staatsbedr…..
- Olieprijs stijgt na Saudische investeringsbelofte..
- Sol ontkent valse beschuldigingen in statement..
- Trump ondertekent wapendeal met Saudi-Arabië ter waarde van…..
- Het Grote Nationale Verkiezingsdebat – gewonnen door de gro…..
- Man pleegt opnieuw verkrachting op locatie van eerdere misd…..
- Het Grote Nationale Verkiezersdebat – gewonnen door de grot…..
- Politie waarschuwt: ‘Datingsites’ steeds vaker lokaas voor …..