Acht ministers uit kabinet-Santokhi/Brunswijk beëdigd tot assembleelid

door

door Valerie Fris

PARAMARIBO — “Ik voel mij vereerd dat ik het volk op deze manier mag dienen”, zei de jarige aftredend minister Uraiqit Ramsaran breedlachend tegen de Ware Tijd. Hij is zondag beëdigd als lid van De Nationale Assemblee. Met hem werden nog zeven collega’s, die nu nog minister zijn of zijn geweest in de regering-Santokhi geïnstalleerd als parlementslid, te weten David Abiamofo, Marciano Dasai, Krishnakoemarie Mathoera, Ines Pane, Bronto Somohardjo, Dinotha Vorswijk en Diana Pokie.

Bij sommige mensen in de samenleving bestaat de opvatting dat als mensen eenmaal een bepaalde functie hebben bekleed, ze niet in een ‘lagere’ politieke functie willen terugkomen. Zo heeft president Chandrikapersad Santokhi vóór de verkiezingen aangegeven dat hij geen zitting zal nemen in het parlement als zijn partij in de oppositie moet.

“Nu heb ik gezien dat niet alles te wijten is aan het beleid van een minister dat een beleidsgebied niet helemaal tot uiting komt. Mijn discussie in het parlement zal dus zeker veranderen”Dinotha Vorswijk

Andere kijk

De gekozen ministers die nu parlementsleden zijn, lieten een iets andere opvatting horen. Ramsaran (Transport, Communicatie en Toerisme) zegt dat hij nu met een andere kijk op zaken zal werken voor het volk. “Het is een voordeel om in de uitvoerende macht te zijn geweest waar ik de klachten en pijnpunten vanuit de samenleving heb aangehoord, waardoor ik achtergrondinformatie heb om oplossingen aan te dragen. Ik zal alles op alles zetten om er voor het volk te zijn. Het zal niet alleen bij woorden blijven maar ook bij daden.” Overigens, Ramsaran (Pertjajah Luhur) sluit niet uit dat hij tóch weer minister wordt. Hij heeft in elk geval wel de ambitie.

Abiamofo, minister van Natuurlijke Hulpbronnen, noemt het een eer om in het parlement te dienen. Hij is niet rechtstreeks gekozen als parlementslid, maar komt in de plaats van Abop-partijgenoot Subhash Goerdat, die heeft besloten geen assembleelid te worden. “Ik heb de samenleving tijdens mijn verkiezingscampagne beloofd dat ik mij volledig zal inzetten en daar hou ik mij aan”, zei Abiamofo.

Niet alleen kritiek

“Wanneer je in het parlement bent, is het makkelijker om kritiek te hebben op een minister. Maar nu heb ik het van beide kanten meegemaakt, waardoor mijn discussie in het parlement niet alleen zal bestaan uit geklaag, zonder om concrete voorstellen te komen.” Zo reageerde minister Vorswijk van Grondbeleid en Bosbeheer. Ze zag haar beëdiging als parlementslid als een verandering in hoe zij discussies zal voeren in de assemblee.

De Abop-politica zei te hebben ervaren hoe vaak parlementsleden geen kennis dragen over hoe bepaalde procedures binnen ministeries tot stand komen of lopen. “Nu heb ik gezien dat niet alles te wijten is aan het beleid van een minister dat een beleidsgebied niet helemaal tot uiting komt. Mijn discussie in het parlement zal dus zeker veranderen.” Vorswijk zei zich te blijven inzetten voor een beter bos- en grondbeleid en dat zij zal opkomen voor met name de jongeren in het binnenland.

Dinotha Vorswijk koos voor de belofte bij haar beëdiging als parlementariër. [: DNA/CDS]