Accountantskamer buigt zich over klacht tegen EY-accountant in ‘Kippie-kwestie’

PARAMARIBO – De Accountantskamer in Nederland heeft deze week een tuchtklacht van ondernemer Gerard van den Bergh tegen registeraccountant Jeffrey Braster, die destijds verbonden was aan Ernst & Young (EY) in behandeling genomen. Van den Bergh, eigenaar van pluimveebedrijf De Doksenclub, beschuldigt Braster ervan op instigatie van investeerder Vijay Kirpalani een misleidend rapport te hebben opgesteld. Dat rapport diende volgens klager als basis voor zowel civiele als strafrechtelijke procedures tegen hem in Suriname.Investeringskapitaal verdwenen

Kirpalani investeerde circa 3,6 miljoen Amerikaanse dollar in het zogeheten Kippie-project, een initiatief van Van den Bergh. Uit latere onderzoeken zou zijn gebleken dat een bedrag van 800.000 tot 1 miljoen dollar niet aan het project zou zijn besteed. In de daaruit voortvloeiende strafzaak werd Van den Bergh vorige week door de kantonrechter vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs.Volgens Van den Bergh is het rapport dat in deze zaak als bewijsstuk diende, gebaseerd op ondeugdelijke aannames en eenzijdige informatie. Hij stelt dat accountant Braster, die door EY Trinidad & Tobago bij het onderzoek betrokken werd, de gedragsregels van zijn beroep heeft geschonden. “Er is geen hoor en wederhoor toegepast, en de conclusies waren al geverifieerd voordat wij gehoord zijn,” aldus Van den Bergh. Ook zijn partner Asha Badal werd vrijgesproken. Uit documentatie blijkt dat zij meer dan twee miljoen euro aan contant geld naar Nederland heeft vervoerd.Geen leidende rol

Braster erkent dat hij bij het onderzoek betrokken was, maar stelt via zijn advocaten dat zijn rol beperkt bleef tot ondersteunende werkzaamheden onder toezicht van EY-partners uit Trinidad & Tobago. “Onze cliënt heeft de opdracht niet aangenomen, het onderzoek niet gepland en ook het uiteindelijke rapport niet geschreven,” verklaarde advocaat Joris Groeneveld tijdens de zitting.Volgens Braster verliep de samenwerking met Van den Bergh uiterst moeizaam. Tijdens het eerste locatiebezoek zou de administratie wel aanwezig zijn geweest, maar verpakt in dozen die niet mochten worden meegenomen. Bij een tweede bezoek zou Van den Nergh, aldus Braster, de onderzoekers hebben voorgehouden dat de server zou zijn getroffen door blikseminslag, waardoor digitale informatie niet toegankelijk was. Deze gang van zaken zou zijn vastgelegd in een deurwaardersverslag.Van den Bergh betwist deze lezing. Hij stelt dat de onderzoekers nauwelijks serieuze pogingen hebben gedaan om relevante informatie op te vragen. “Alles was aanwezig en overzichtelijk. Maar men wilde een andere indeling. Bij het tweede bezoek stonden ze na vijftien minuten alweer buiten met een dwangsom op zak,” aldus de ondernemer.Geen wraking

Tijdens de zitting van bijna vier uur vroeg de voorzitter van de Accountantskamer expliciet of er elementen in het verslag van de deurwaarder stonden waar Van den Bergh het niet mee eens was. Die vraag schoot bij de klager in het verkeerde keelgat; hij vermoedde partijdigheid, maar besloot na een korte schorsing geen wrakingsverzoek in te dienen.Van den Bergh vraagt de Accountantskamer om zijn klacht gegrond te verklaren en een zware tuchtrechtelijke sanctie op te leggen aan Braster. Daarnaast overweegt hij strafrechtelijke stappen tegen EY in Nederland, omdat volgens hem sprake is van structureel laakbaar handelen binnen de organisatie. De Accountantskamer zal binnen twaalf weken uitspraak doen in deze zaak, meldt de website accountancyvanmorgen.nl.