Suvobo-secretaris Manhoef: ‘Nieuwe regels ter voorbereiding hoofdklasse play-off’

door

Tekst en beeld John Zaalman

PARAMARIBO — “Het VolleyStation system, oftewel het digitale scoresysteem, heeft te maken met de voorbereidingen naar de play-off toe in de hoofdklasse van de Surinaamse Volleybalbond (Suvobo). We willen in de hoofdklasse zo professioneel mogelijk werken met alle namenlijsten, vandaar dat we het beroep op alle coaches en verenigingen doen om hun zaken vroegtijdig in orde te maken.” Die mededeling deed secretaris Antonie Manhoef dinsdagavond op een technical meeting in Olympic House met vertegenwoordigers van clubs en officials.

Met de implementatie van de nieuwe regels en het gebruikmaken van het kunstveld, dat vorig jaar tijdens de U23 Pan American Cup in Suriname werd gebruikt, zal dit weekend in de Ismay van Wilgen Sporthal een aanvang worden gemaakt. De vloer is van kunststof, makkelijk afveegbaar en geeft ook mee. Het is totaal anders dan de houtenvloeren in onder meer de Ismay van Wigen en Anthony Nesty Sporthal.

“We willen in de hoofdklasse zo professioneel mogelijk werken”

Alles op tablet

Over het digitale scoresysteem benadrukte Manhoef dat “alles op een tablet zal worden vermeld”. “We houden er rekening mee dat de technologie je in de steek kan laten vallen vandaar dat we als hulp ook gebruik zullen maken van onze manual scoreborden.”

De algehele coördinatie van het Volleyball Information System ligt in handen van oud-volleyballer Carlos Lo Fo Wong. Competitieleider Claudius Straal en Chantal Karsters van de arbiterscommissie zullen hem ondersteunen.

Manhoef benadrukte dat het van de Wereldvolleybalfederatie (FIVB) een vereiste is dat wedstrijden zo snel mogelijk worden afgehandeld, maar dat dat natuurlijk ook van verschillende zaken afhangt. “Verenigingen moeten niet vergeten dat de arbiter alleen met de captains communiceert. Wij geven aan waarom een bepaalde handeling is toegepast.”

Discussiepunt

Hij wees er verder op dat ball handling – ‘double’ of ‘draagbal’ – altijd een “discussiepunt” zal blijven, daar het om een beoordeling gaat. “Double is als de bal twee keer wordt gespeeld, maar het gaat niet altijd vanuit de angle van de referee. We proberen zo zorgvuldig te kijken naar de touch en niet de outcome.”

Sporters en supporters zijn volgens Manhoef gauw geneigd te kijken naar de uitkomst. “We moeten ook denken aan het gevoel van de game voor het publiek dus als een speler glipt en de handeling meekan zo flexibel ermee omgaan. De draagbal, first touch, wordt niet zo zeer beoordeeld. Er moeten twee momenten zijn: vangen en opgooien. De bal moet worden geremd, van richting veranderen en worden opgezet.”

De secretaris erkende dat “smooth refereeing” een uitdaging is, “omdat je gevoel moet hebben voor momenten, zeker wanneer emoties oplopen”. “Maar een speler of coach ‘kleuren’, doet wonderen, want dan wordt iedereen stil. Met betrekking tot netfouten, fluiten we wat we zien.”

Hij gaf aan dat bij de opslag spelers van de serverende ploeg bij het net hun handen niet meer boven het hoofd mogen houden. Als de bal buiten het net wordt gespeeld, moet die weer van buitenaf worden overgespeeld naar het eigen veld om daarna bij de derde keer te worden overgespeeld. “We zeggen dus via dezelfde baan waar het gaat terug.”

Manhoef wees er tenslotte op dat rotatiefouten worden afgefloten en dat niet meer het geval is bij opstellingsfouten. “De spelregels bieden nu de gelegenheid gelijk op je posities te gaan staan”, aldus Manhoef.