Medisch beroepsgeheim geschonden bij publicatie obductierapport Bouterse

De publicatie van het obductierapport met betrekking tot het overlijden van oud-president Desi Bouterse heeft geleid tot een discussie over privacy en beroepsethiek in de medische wereld. Walther Jap Tjoen San, medisch specialist en lid van het Medisch Tuchtcollege, benadrukt dat deze publicatie een inbreuk vormt op de privacy van de familie van de overledene.
Hij stelt dat hulpverleners uiterst zorgvuldig moeten omgaan met patiëntgegevens, wat een fundamenteel recht is dat beschermd wordt door de geheimhoudingsplicht. “De regels rondom medische geheimhouding zijn gebaseerd op grondrechten en de plicht tot vertrouwelijkheid. Het opzettelijk schenden hiervan is strafbaar en vormt een ernstige inbreuk op de kernwaarden van het medisch beroepsgeheim,” verklaarde Jap Tjoen San in het programma ABC Actueel.
Bij een medische obductie wordt vooraf toestemming gegeven door de artsen om te onderzoeken of een patiënt is overleden aan een vermoedelijke ziekte. In dat proces worden medische gegevens gedeeld met de patholoog. Bij een justitiële obductie ligt de nadruk echter op het vaststellen of er sprake is van een misdrijf. Als blijkt dat er geen sprake is van een misdrijf, onderzoekt de patholoog-anatoom vervolgens de doodsoorzaak. Volgens Jap Tjoen San bevat het rapport over Bouterse gegevens die volledig in de context van deze procedures staan.
De NDP heeft de publicatie eveneens scherp veroordeeld en bestempeld als een grove schending van het beroepsgeheim.