Nederlandse premier Dick Schoof: ‘Surinamebeleid’ blijft ongewijzigd

door

NEW YORK — Het zogenoemde “Surinamebeleid” van de Nederland zal worden voortgezet. Dit heeft de nieuwe Nederlandse premier Dick Schook bevestigd tijdens een onderhoud met president Santokhi, donderdag in de marge van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties te New York.
In dit verband gaan de samenwerkingsgebieden op politiek en technisch niveau gewoon door. Zo zal het Makandra project het mechanisme blijven voor de ondersteuning van ons land om de technische capaciteit op verschillende beleidsgebieden te vergroten.

Premier Schoof heeft ook bevestigd dat wat is afgesproken met betrekking tot de Nederlandse slavernijverledenexcuses eveneens voortgang zal hebben. Hiertoe zullen de gesprekken met de Nederlandse autoriteiten geïntensiveerd worden. President Santokhi gaf op zijn beurt aan dat in Suriname gewerkt wordt aan de totstandkoming van een representatief platform die dit proces verder zal begeleiden.
Afhandeling verdragsmiddelen
Santokhi heeft ook aangedrongen op de afhandeling van het restant verdragsmiddelen van de ontwikkelingshulp uit 1975 op basis van de recent overeengekomen prioriteiten van de Surinaamse regering. Van de beschikbare middelen zal een bedrag van 6 miljone euro besteed worden aan de versterking van de gezondheidszorg middels de aankoop van noodzakelijke apparatuur en andere benodigdheden.
Een bedrag van 2 miljoen euro wordt gereserveerd voor de verdere opzet en operationalisatie van de Zorgautoriteit. Reeds was afgesproken dat een bedrag van 5,6 miljoen euro zal worden vrijgemaakt voor om het Productiefonds onder beheer van de Nationale Ontwikkelings Bank van Suriname (NOB) en de verdere opzet en ondersteuning van de Suriname Investment and Trade Agency (Sita).
President gaf ook aan dat er behoefte is aan verdere technische bijstand bij de voorbereiding van een groot aantal wetsproducten aangegeven en voor de verdere professionalisering van de belastingdienst en de douane.
Bij het gesprek waren ook aanwezig minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (Bibis), ambassadeur Sunil Sitaldin, directeur Mirjam Mac Intosh van Bibis, Maarten Boef, Nationale Veiligheidsadviseur, Joost van Deutekom, Adjunct-adviseur Buitenlands Beleid en Defensie en Yoka Brandt, Permanente Vertegenwoordiger van het Koninkrijk der Nederlanden bij de VN.
Afgesproken is dat de respectieve ministers van Buitenlandse Zaken binnenkort verder werkoverleg zullen hebben met betrekking tot de voortzetting en afhandeling van de overeengekomen punten.