‘Surinaams’ jeugdboek Hedy Tjin wint Thea Beckmanprijs

AMSTERDAM — De Nederlandse Thea Beckmanprijs voor het beste historische jeugdboek gaat dit jaar naar ‘De reis van Manie Schaafijs’. Daarin wordt het verhaal verteld het verhaal van de overgrootvader van Hedy Tjin, de illustratrice van het boek. De illustraties vormen een wezenlijk onderdeel van het verhaal. De prijs bestaat uit een sculptuur en een bedrag van 1.250 euro.

Hedy Tjin is zeker geen onbekende in Suriname. Zij verzorgde jarenlang de illustraties in het maandblad Parbode. Eerder won zij al de ‘Zilveren Penseel’ in Nederland voor haar illustraties

‘De reis van Manie Schaafijs’: zo’n titel klinkt al meteen intrigerend. Het boek, bedoeld voor kinderen vanaf tien, springt ook meteen in het oog met de kleurige viltstifttekeningen van Hedy Tjin. Samen met schrijfster Zindzi Zevenbergen vertelt ze in dit boek het verhaal van haar overgrootvader Francisco. Die liet in 1900 zijn geboorte-eiland Madeira achter zich en reisde als zestienjarige verstekeling mee op een schip dat naar Brazilië voer, op zoek naar een beter bestaan – een pad dat niet over rozen liep.

Brazilië blijkt niet het beloofde land, Francisco verkast naar Suriname, waar hij de liefde vindt, en een gat in de markt: hij wordt er schaafijsverkoper en slaagt erin een goed bestaan op te bouwen voor zichzelf en zijn gezin. Het bijzondere van het boek is dat zijn verhaal wordt afgewisseld met dat van zijn nakomelingen, die in Nederland wonen en op een familiebijeenkomst zijn verhaal doorvertellen aan de volgende generatie. Zij becommentariëren het verhaal, soms in heuse tekstballonnetjes bij de tekeningen. En ook zij zijn kleurrijke, levendige personages.
Wezenlijk onderdeel
Zo bouwen Zindzi Zevenbergen en Hedy Tjin verschillende laagjes in het verhaal: het is een familiegeschiedenis, maar geeft tegelijk ook veel informatie mee over Madeira en Suriname, zonder dat het ook maar één moment belerend wordt.
Hedy Tjin is zeker geen onbekende in Suriname. Zij verzorgde jarenlang de illustraties in het maandblad Parbode. Eerder won zij al de ‘Zilveren Penseel’ in Nederland voor haar illustraties in het boek ‘Op de rug van Bigi Kayman’ van auteur Henna Goudzand Nahar. Deze schrijfster krijgt dit jaar de Jonge Beckmanprijs, een boek waarin Suriname deels ook centraal staat: ‘Suikerland’.
Deze jeugdroman gaat over de Afrikaanse Esi en haar broertje die door twee mannen worden ontvoerd en naar de kust gebracht, waar een slavenschip wacht. De kinderen worden samen in het ruim opgesloten en komen terecht op een suikerplantage aan de andere kant van de oceaan. Het belicht de donkere geschiedenis van de trans-Atlantische slavenhandel en van de slavernij in Suriname. Het verhaal wordt verteld vanuit het gezichtspunt van twee Afrikaanse slaafgemaakte kinderen en een in slavernij geboren jonge kleurling.
De prijzen worden sinds 2002 jaarlijks uitgereikt en zijn vernoemd naar Nederlandse schrijfster Thea Beckman (1923-2004), die talloze beroemde jeugdboeken schreef. Daarmee verlegde zij de grenzen van de historische jeugdroman.