7% valse hoop

“Het mag niet van de Centrale Bank”.  Naar aanleiding van de beleving van een jonge ondernemer in zijn zoektocht naar financiering voor de aanschaf van een woning, leg ik met toestemming deze case voor aan de samenleving voor een oordeel en mogelijk aan andere jonge ondernemers die min of meer met hetzelfde te maken hebben.

De zaakEen jonge ondernemer (<30 jr) is samen met zijn ouders en vriendin woonachtig op een woonadres in Paramaribo. Ze huren de woning en wonen al langer als 10 jaren op het adres. Hij bezit goede technische vakkennis en is een onderneming gestart in de koeltechniek. Het gaat zoals bekend soms goed en soms niet. Hij heeft het punt bereikt waarbij hij samen met zijn vriendin besluit te gaan voor stabiliteit in hun persoonlijk leven. Ze verwachten hun eerste kind. Zij krijgen de optie geboden om de huurwoning te kopen van de eigenaar.  

De eigenaar deelde hen op papier mee dat zij geen huur hoeven te betalen, maar wil wel graag dat zij opzoek gaan naar financiering. De vraagprijs is omgerekend SRD 1.2 miljoen, inclusief overdrachtskosten. Hij is inmiddels twee (2) jaren bezig met het zoeken naar financiering bij diverse banken. Het nieuws van de verruiming van de 7% hypotheek faciliteit naar SRD 1.6 miljoen kwam dan als fantastisch nieuws voor het koppel en deed weer hoop leven. De praktijk echter heeft het tegendeel bewezen.

Het doel van (jong) ondernemerschap is mijns inziens het realiseren of bewerkstelligen van persoonlijke stabiliteit. Dit heeft ongetwijfeld een positieve spin-off in de maatschappij op termijn en draagt bij aan een hogere arbeidsproductiviteit van de doorsnee jonge Surinamer.  Die stabiliteit realiseer je echter niet in Suriname door te leven in de schaduw van een maandsalaris of zogenaamd genoegen nemen met een overheidsbaan. Jonge ondernemers ervaren onnodig diverse obstakels in hun zoektocht naar (bank)financiering. 

Betrokkene heeft verschillende bankinstellingen afgelopen hopende om in aanmerking te komen voor de 7% woningbouw faciliteit, maar tevergeefs want de regels verschillen per bankinstelling en verbazingwekkend is dat er 1 geval werd gevraagd naar een eigen inbreng van circa 25% van de vraagprijs. In twee gevallen is hem voorgehouden dat gelet op de eis van het voorschot hij dan wel in aanmerking kan komen voor een hypotheek variërend van 18 tot 22%. Dat is zichzelf om zeep helpen. Er bestaat grote vraag naar de 7% faciliteit omdat het in een belangrijke behoefte voorziet, maar wat is de meerwaarde van de mooie slogans van de banken, vraagt hij zich perplex af? 

Wat is de meerwaarde van het hebben een eigen huis, maar geen thuis? Hoe succesvol achten de financiële autoriteiten deze faciliteit, als mocht blijken dat sommige jonge vrouwelijke ondernemers gedwongen moeten overgaan tot de zogenaamde horizontale dienstverlenende industrie enkel en alleen om het voorschot op te hoesten dat vereist wordt door de bank. De bankmedewerkers zijn volgens hem ook aan regels gebonden van hun werkgever en hebben wellicht broodvrees, want in sommige gevallen drukken  alleen de commerciële leningen door. Uiteindelijk is hun antwoord. “U kunt in niet in aanmerking komen voor die 7%, want in uw geval mag het niet van de Centrale bank”. 

Die woning is geen nieuwbouw. Mocht dit zo zijn dan is het verzoek aan de moederbank om de “aankoop van een huurwoning” alsnog toe te voegen aan deze faciliteit. Jonge ondernemers kunnen gelukkigerwijs ook terecht bij instanties zoals het SPWE voor training en begeleiding. Misschien een idee om hierover een bijeenkomst te organiseren met de jonge ondernemers in samenwerking met de bankiersvereniging en de moederbank.
Marciano Dijksteeldijksteelm@yahoo.com